BuitenlandOperarecensie

Grigorian ster in eigentijdse Manon Lescaut

Regisseur Àlex Ollé plaatst in zijn enscenering van Puccini’s eerste grote succes Manon Lescaut bij de Oper Frankfurt de titelheldin in een eigentijdse context: die van economische immigrant. Hoewel op punten wat geforceerd, spoort zijn benadering redelijk goed met het libretto.

Joshua Guerrero (Chevalier Renato Des Grieux) en Asmik Grigorian (Manon Lescaut) in manon Lescaut. (© Barbara Aumüller)

De voorstelling begint met een korte film, waarin Manon wordt getoond als naaister in een groot atelier. Dan zien we mensen die illegaal een grens oversteken, kennelijk om vanuit het Oosten het meer welvarende West-Europa te bereiken. In een brief die wordt voorgelezen vraagt Manons bezorgde moeder haar zoon om zijn zus terug naar huis te halen. Dat project is gaande op het moment dat de opera begint.

Manon is hier dus niet onderweg naar een klooster onder supervisie van haar broer, maar op weg terug naar een onbestemde Oost-Europese bestemming, misschien wel Armenië, als kleine wenk van Ollé in de richting van stersopraan Asmik Grigorian, die de titelrol in deze productie vertolkt.

Na een intermezzo met de verliefde Des Grieux komt Manon alsnog onder de pannen in het Westen; niet in een naaiatelier, maar in een animeerclub met halfnaakte paaldanseressen. Om de bijzondere positie die ze in deze omgeving geniet duidelijk te maken, wordt ze neergezet als het liefje van de clubeigenaar in dit pseudo-illegale milieu, waarin Geronte de Ravoir een typische pooier speelt in een directe verwijzing naar de sekshuizen in de nabijgelegen Frankfurter Taunusstraat.

Als Geronte haar samen met zijn rivaal Des Grieux aantreft, geeft hij Manon uit wraak aan als illegale immigrant. Dat ze vervolgens wordt betrapt bij het stelen van de kas, maakt haar deportatie onvermijdelijk: terug naar land van herkomst. In een nieuwe poging ergens een nieuw leven te beginnen raken Manon en Des Grieux geïsoleerd in een onherbergzaam gebied, waar ze sterft aan uitputting.

Kras beeld

Ollé ziet liefde als leidmotief van de voorstelling, maar dan ‘love’ in al zijn facetten. Dus niet slechts de romantische variant van Des Grieux, maar ook liefde als koopwaar, liefde voor geld en een leven met ostentatieve rijkdom. In driedimensionale grote letters is LOVE voortdurend op het podium aanwezig. Afhankelijk van de situatie zorgt uitgekiende belichting voor het juiste effect, voorspelbaar rood in de animeerclub.

De clubsetting in de tweede akte wordt op den duur langdradig. (© Barbara Aumüller)

De eerste akte heeft veel vaart, de tweede akte is wat traag. Er gebeurt daarin relatief weinig en met halfnaakte paaldanseressen die geen van allen een echte paaldans ten beste geven, maar wat plichtmatig hun heupen bewegen, wordt de clubsetting langdradig. Uiteraard komt alles tot leven als Manon in haar aria ‘In quelle trine morbide’ bezingt hoe koud en dood haar huidige seksleven is; in luxe, maar zonder liefde. En bij het plotselinge verschijnen van Des Grieux laaien de emoties hoog op – het duet ‘Tu, tu, amore? Tu?’. Maar voor de ‘pomp and circumstance’ die deze wat lange akte de nodige visuele ondersteuning kan bieden, is het gebeuren in de animeerclub ontoereikend.

Na de pauze staan de zaken opscherp. De dreigende deportatie, vrouwen in kooien als opgesloten dieren: een kras beeld. In de laatste akte is het toneel leeg, op die grote letters na. Op z’n Engels: “Love is a four letter word.” Liefde is geweldig, maar je kun er maar zo kapot aan gaan. Mede dankzij de belichting, maar vooral door het schitterende optreden van het gedoemde liefdespaar werd het slot van de opera een dramatisch hoogtepunt.

Podiumbeest

Niet zoals verwacht Lorenzo Viotti maar kapelmeester van dienst Takeshi Moriuchi had de muzikale leiding. Hij liet zijn orkest op tal van momenten onbekommerd luid spelen. In samenhang met de ongenadige akoestiek van de Fankfurter Oper leidde dat tot ongemakkelijke momenten, met name in de orkestrale delen. Ik moest met enige weemoed terugdenken aan mijn eerste Manon Lescaut, in Antwerpen onder leiding van Silvio Varviso. Bij hem nooit kabaal, altijd muziek.

Uiteraard werd het zo voor de zangers weer een wedstrijd. Gelukkig hield Moriuchi zich wel wat in als de mindere goden aan het zingen waren, anders was er bijvoorbeeld van het madrigaal weinig overgebleven, maar de protagonisten moesten bij wijlen alle zeilen bijzetten. De uit Oekraïne stammende bariton Iurii Samoilov wist zich uitstekend te weren en zette een in deze setting zeer geloofwaardige Lescaut neer. Een scharrelaar zonder veel scrupules, maar met veel overtuiging gezongen.

Asmik Grigorian maakt als Manon een geweldige ontwikkeling door, van onzekere tiener tot tragische heldin. (© Barbara Aumüller)

Des Grieux werd vertolkt door de Amerikaanse tenor Joshua Guerrero. Zijn personage was een hartstochtelijk acterende jongeman, die alle kenmerken vertoonde van iemand wiens denkvermogen tijdelijk is uitgeschakeld door een allesoverheersende verliefdheid. Op zich mooi, maar dan moet de zang er wel bij passen. En dat deed het, in alle toonaarden. Prachtige vocale prestatie van deze tenor, hoewel naar mijn smaak hier en daar iets te larmoyant.

Centraal stond natuurlijk het optreden van de veel gevierde sopraan Asmik Grigorian. Op enige afstand bijna onherkenbaar in haar meisjesachtige uitmonstering met blonde paardenstaart liet ze er geen twijfel over bestaan wie er op het toneel stond zodra ze haar mond opendeed. Haar stem is zeer herkenbaar, niet heel opvallend in de lagere registers, maar stralend en zeker in de hoogte, met altijd voldoende volume achter de hand om elke dirigent van repliek te dienen.

Grigorian was op haar best in de vierde akte, waar ze haar naderende einde bezingt in het aangrijpende ‘Sola, perduta, abbondonata’. Zij is het enige personage in de opera dat waarneembaar een ontwikkeling doormaakt in de periode die het verhaal omvat, een jaar of vijf. Voor deze sterk acterende sopraan, een absoluut podiumbeest, is dat een kolfje naar haar hand. Ze begon als onzekere tiener, veranderde in een zelfverzekerde bitch die zich geen liefdesleven zonder rijkdom meer kan voorstellen en eindigde als de typische tragische heldin uit zovele Italiaanse opera’s. Heel mooi optreden.

In mei debuteert Grigorian als Norma in het Theater an der Wien. Iets om naar uit te kijken!

Manon Lescaut is nog tot en met 23 november te zien. Zie voor meer informatie de website van de Oper Frankfurt.

Vorig artikel

Elena Stikhina wint Prix d'Amis 2019

Volgend artikel

Cité de l’Opera: Paul, Roberto en Elza

De auteur

Peter Franken

Peter Franken